Vlinders Eikenprocessierups (© Kennisplatform Processierups)

BILTHOVEN – Het Kennisplatform Eikenprocessierups heeft via haar site en andere media laten weten dat in 2025 – na jaren van daling in het aantal Eikenprocessievlinders – voor het eerst weer een toename is gezien. Volgens de gegevens zou het aantal vlinders per val in dit jaar gemiddeld zo’n 3 maal hoger liggen dan het aantal van 2024.  Vooral in de noordelijke provincies zal men rekening moeten houden met een hoge plaagdruk. 

Kennisplatform Eikenprocessierups 
Het samenwerkingsverband Kennisplatform Eikenprocessierups is in opdracht van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit in 2019 opgericht, waarbij de grote overlast veroorzaakt door de Eikenprocessierups in de zomer de aanleiding was. Het secretariaat wordt door het RIVM in Bilthoven gevoerd. In de kerngroep werken 8 kennisorganisaties samen: RIVM, Wageningen UR, Kennis- en Adviescentrum Dierplagen, brancheorganisatie Cumela Nederland, de Vereniging van Hoveniers en Groenverzorgers (VHG), Vereniging van Bos- en Natuurterreineigenaren (VBNE), Gezondheidsdienst voor Dieren (GD), GGD GHOR Nederland. Volgens de site is de kerngroep verantwoordelijk voor 8 werkgroepen – waarin experts en deskundigen van overheden plaats hebben genomen –  te weten: aansprakelijkheid, afvalprotocol, bestrijding en beheersing, gezondheid, communicatie, kennishiaten, eventuele opschaling en monitoring.  

Eikenprocessierups 
Jarenlang ging het aantal Eikenprocessievlinders naar beneden, maar dit jaar is er weer een toename gezien. Door deze toename moeten met name gemeenten in de noordelijke provincies Friesland, Groningen, Drenthe en Overijssel rekening houden met een hoge plaagdruk en dus met een forse toename van gezondheidsklachten door de rupsen. Door de waarneming worden deze provincies aangewezen als risicogebieden. Daarentegen zijn voor het eerst in alle provincies Bronswespen aangetroffen. De Bronswesp is de natuurlijke vijand van de Eikenprocessierups en is met de vlinders meegelift.  

Elk jaar worden de Eikenprocessievlinders van juli tot september waargenomen en gemonitord met de zogenaamde feromoonvallen. In 2024 heeft men 5.3 Eikenprocessievlinders gevonden, dit jaar waren dat er 18. Dus beduidend meer, waarbij duidelijk verschillen zijn gezien tussen provincies. De 4 noordelijke provincies hebben aantallen gevonden van boven de 20, waarbij de provincie Friesland een uitschieter is met 36.9 vlinders per val. Daarentegen zaten er in de provincies Utrecht, Gelderland en Noord-Brabant gemiddeld 6 tot 8 vlinders per val (plaagdruk matig) en in de andere provincies minder dan 5 vlinders per val (plaagdruk laag). 

De vlinders per val waren gemiddeld in Drenthe 22.2, Groningen 25.3 per val en Overijssel 22.1 per val. In 2018 werd nog een gemiddelde van 73.4 vlinders per val genoteerd en het piekjaar was 2019.  Volgens het Kenniscentrum is het een vrij simpel proces, daar de rupsen in de grond zitten en wachten op het juiste moment. Aangezien het nest in de grond goed geïsoleerd is (en dus in feite goed beschermd), wordt het aantal natuurlijke vijanden flink gereduceerd. Op het moment dat het kan, komen de vlinders uit, wat dit jaar is gebeurd.  

Niet het beheer van de gemeente heeft veel invloed op het aantal rupsen, maar de mogelijkheid (het mechanisme) van de rupsen om zichzelf te beschermen tegen een mogelijke uitroeiing. Dit jaar is gezien dat op bepaalde locaties waar jaren nauwelijks vlinders of nesten zijn aangetroffen, nu ineens uitbraken zijn gezien. Volgens het Kenniscentrum komt dit door een pauze, waarbij rupsen en poppen meerdere jaren in rust in de grond verblijven (deze pauze wordt diapauze genoemd). De diapauze blijft een onzekere factor, waardoor het van groot belang is om in 2026 rekening te houden met plaatselijke verschijningen van rupsen. Dus ook daar waar de laatste jaren een ‘lage plaagdruk’ is geconstateerd. 

Bronswesp 
In de vallen zijn tevens Bronswespen aangetroffen, wat de natuurlijke vijand is van de Eikenprocessierups. Ze zijn in die vallen aangetroffen waar tevens Eikenprocessievlinders zijn gezien. Dit is volgens het Kenniscentrum vrij logisch, daar de wesp meelift met de vlinder (dit heet forese). Er is sinds 2023 een forse toename van meeliftende Bronswespen, waarbij in dat jaar de wesp in 2 provincies werd aangetroffen. In 2024 waren dat reeds 8 provincies en dit jaar in alle provincies. Volgens de expert zijn het verschillende soorten Bronswespen, sommigen komen voor op poppen en anderen op eieren. Mogelijk gaan deze wespen een meer dominante rol spelen, wat kan leiden tot een afvlakking van de piek van de aanwezigheid van de Eikenprocessierups.  

Dennenprocessierups 
In augustus van dit jaar liet het Kenniscentrum weten dat bij het leegmaken van de eerste feromoonvallen van de monitoring van de Dennenprocessierups op enkele locaties 3 Dennenprocessierupsvlinders zijn gevangen.  Dit wil niet zeggen dat er snel overlast van deze rups gaat komen, maar bevestigt wel het vermoeden dat de rups steeds noordelijker gaat komen.  

(Bronnen: Gemeente Nu, Nu.nl,  RTv Drenthe, Nature Today, Kennisplatform Processierups) 

Henny AJ Kreeft (Stichting De Groene Mantelzorger)
Onafhankelijke (Burger) Journalistiek 

© Khamakar News Agency / 30.10.2025   

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Geverifieerd door MonsterInsights